zaterdag 1 december 2012

Kater


Ik ben vrij bedreven in het verwerken van katers. Het is, moet ik eerlijkheidshalve zeggen, ook niet heel moeilijk. De truc is domweg te gaan leven, op dat moment. Niet groots of meeslepend, of iets dergelijks, maar alledaags.
Een boodschap doen. En dan bij voorkeur op de fiets. Meer wind.
De boodschap brengt je onder de mensen, of beter gezegd, tussen de mensen. Dat doorstaan levert een mentale winst op die essentieel is. De rest vult zich daarna vanzelf wel in.
Voor al het bovenstaande overigens eerst douchen. Het is zaak daar geen seconde te lang mee te machten. Lethargie ligt op de loer, als een onweerstaanbare sirene.
Na het douchen grondig tanden poetsen. De kegel verdwijnt er niet mee, maar je denkt van wel. Het soort illusie waar je iets aan hebt.

Een zekerheid tijdens de kater: je hebt zin in twee dingen. Ranzig eten en seks. Vanochtend was dat niet anders. Vanmiddag ook nog niet.
S. lag boven te slapen, een inhaaldutje vanwege een beroerde nacht.
Soms vertelt ze, als zij enige tijd boven was geweest en ik beneden, dat ze mij via telepathie naar boven had proberen te lokken. Het was ooit een keer gelukt. Dat is wat toeval kan doen met je. Je een rotsvast geloof geven in iets.

Ik liep zachtjes beide trappen op en opende de deur van de slaapkamer. S. sliep, rotsvast. Ik negeerde een aantal overwegingen en liep terug naar beneden, waar mijn laptop nog open stond.